In het hoger onderwijs is van 2007 tot 2015 geëxperimenteerd met een opener bestel. Een open bestel is een stelsel waarin voor alle aanbieders gelijke voorwaarden gelden voor toetreden tot en het opereren op een gereguleerde markt. Daarmee ontstaat een zogenoemd ‘level playing field’. Binnen het huidige onderwijsbestel is het aantal aanbieders van hoger onderwijs vastgelegd in de wet, waardoor toetreding praktisch onmogelijk is. Door middel van de Experimenten Open Bestel was het tijdelijk mogelijk om binnen bepaalde kaders toe te treden. De effecten van deze Experimenten zijn door middel van een acht jaar durende monitor onderzocht.

Door de Experimenten zijn er negentien hbo-opleidingen toegetreden tot de markt. Gegeven het aantal opleidingen dat reeds bestond, heeft dit nauwelijks tot verandering geleid in de marktstructuur en het marktgedrag van de bestaande onderwijsinstellingen. Ook kunnen nauwelijks verschillen worden aangetoond in prestaties van studenten en de kwaliteit van opleidingen binnen en buiten de experimenten. Deze beperkte effecten hangen mogelijk samen met de tijdelijkheid van de experimenten, de relatief beperkte omvang en de gestelde randvoorwaarden.

Wel blijkt uit de monitor dat er verschillen in prestaties bestaan tussen afstands- en contactonderwijs, afgemeten aan de waardering van studenten. Afstandsonderwijs, waarvan binnen de Experimenten Open Bestel relatief veel gebruik is gemaakt, scoort binnen de monitor bijvoorbeeld gunstiger op studeerbaarheid, maar minder gunstig op studievoortgang in verhouding tot contactonderwijs.