Volgens Rogier Lieshout, hoofd luchtvaart verlenen overheden steun aan hun belangrijkste nationale luchtvaartmaatschappij. “Overheden willen die nationale trots graag behouden, maar dat leidt wel tot een ongelijk speelveld.” Volgens Lieshout zitten de low-cost maatschappijen zelf overigens niet te wachten op steun. “Ze hadden voor de crisis een relatief lage schuldenlast en ook grotere financiële reserves.” Dankzij hunbedrijfsmodel overleven zij deze crisis makkelijker. “Door hun lage kosten teren ze nu minder in op hun reserves.” Ze willen liever ook geen staatssteun, zegt Lieshout, “omdat ze dan jaren aan voorwaarden ten aanzien van duurzaamheid en landingsrechten gebonden zouden zijn.” Bovendien zouden ze jarenlang een schuldenlast meetorsen.

Uiteindelijk komen prijsvechters zelfs beter uit deze crisis dan de grote maatschappijen, verwacht hij. “Low-cost-maatschappijen opereren vooral binnen Europa, en dat is de markt die zich als eerste gaat herstellen. Maatschappijen als KLM en Lufthansa zijn afhankelijk van markten naar Noord-Amerika en Azië, die pas veel later open zullen gaan.”

Rogier Lieshout is hoofd van het cluster Luchtvaart. Rogier heeft ruim 10 jaar ervaring met toegepast economisch onderzoek op het gebied van luchtvaart. Hij is tevens directeur van Airneth, het wereldwijde wetenschappelijke kennisnetwerk voor de luchtvaart. Airneth stimuleert de uitwisseling van kennis tussen de wetenschap en het beleid door het organiseren van seminars en workshops over relevante onderwerpen. Meer is te lezen op zijn volledige profiel.