Dit rapport stelt een conceptueel model op voor zelfvoorzienendheid op het gebied van elektriciteit en stelt een onderzoeksmethode voor om het model te kwantificeren en empirisch te toetsen. Binnen het kader van dit onderzoek spreken we van volledige zelfvoorzienendheid als een huishouden volledig afgesloten is van het elektriciteitsnet. Men betaalt geen bijdrage meer voor aansluiting op het net en is dus geen klant meer van de netbeheerder. We concentreren ons in het onderzoek op elektriciteit en laten gas buiten beschouwing. Volledige zelfvoorzienendheid heeft de grootste impact op het net en heeft daarom de primaire aandacht van netbeheerders. We spreken van gedeeltelijke zelfvoorzienendheid als een huishouden zelf stroom opwekt, door gebruik van alternatieve energiebronnen, waarbij men gedeeltelijk in de elektriciteitsbehoefte voorziet. Ook gedeeltelijke zelfvoorzienendheid heeft een impact op het net, bijv. via piekbelasting (denk aan stroomverbruik in de avond bij zonnepanelen). Bovendien kan het een opmaat zijn voor volledige zelfvoorzienendheid.

De centrale onderzoeksvraag voor netbeheerders is: Willen huishoudens zelfvoorzienend zijn op energiegebied? Bij hoeveel huishoudens speelt dit een rol, en waar komt deze behoefte vandaan? In dit onderzoek wordt op basis van bestaande literatuur, krantenartikelen en een workshop met negen experts vanuit de netbeheerders en energieleveranciers een conceptueel model opgesteld met daarin de belangrijkste motieven, drijfveren en weerhoudingen om zelfvoorzienend te worden. Aan de hand van dit model wordt een vragenlijst opgesteld, welke is gepre-test onder een gevarieerde groep van elf consumenten.