Het doel van het re-integratiebeleid is het ‘bevorderen van de uitstroom naar regulier werk van die uitkeringsgerechtigden en werklozen die dat niet op eigen kracht kunnen.’ Momenteel wordt het re-integratiebeleid doorgelicht om te achterhalen of dit doel ook gehaald wordt. Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft SEO Economisch Onderzoek in samenwerking met TNO onderzocht in welke mate re-integratietrajecten leiden tot lagere uitgaven aan sociale Zekerheid.

Het blijkt dat re-integratietrajecten die zijn ingezet in de periode 2002-2005 op landelijk niveau niet hebben geleid tot een verlaging van de uitgaven aan sociale Zekerheid: de gemiddelde kosten van de trajecten zijn hoger dan de gemiddelde, als gevolg van de trajecten, bespaarde uitkeringslast. In Rotterdam echter leveren de trajecten, wanneer ze een half jaar na instroom worden ingezet, per saldo wel een besparing op van uitgaven aan sociale Zekerheid. Rotterdam heeft de laatste jaren de nadruk op het realiseren van trajecten verlegd naar de nadruk op het bereiken van resultaat.

Het rendement van trajecten verschilt sterk naar persoonskenmerken en timing van de trajecten. Trajecten voor WW’ers leveren het meest op voor diegenen met enige afstand (anderhalf jaar) tot de arbeidsmarkt, maar die afstand moet niet te groot zijn. Trajecten voor bijstandsgerechtigden zijn juist effectiever wanneer ze een half jaar na instroom worden ingezet en niet pas na anderhalf jaar of drie jaar.