Resultaten
De maatstaven voor (de kwaliteit van) het luchtvaartaanbod liggen in 2024 voor de meeste luchthavens hoger dan in dezelfde periode vorig jaar, maar de groei vlakt af. De connectiviteit van de Nederlandse regionale luchthavens daalt terwijl de netwerkbreedte en -diepte een gemengd beeld tonen. Het is opvallend dat het aanbod van Air France-KLM vanaf Amsterdam lager ligt dan vanaf Charles de Gaulle naar alle bestemmingsregio’s op Noordwest-Europa na. Treinverbindingen bieden een aanvulling op het luchtvaartaanbod vanaf Schiphol en bedienen 19 Europese bestemmingen aan die niet direct met het vliegtuig te bereiken zijn.

Onderzoek
SEO analyseert in deze monitorstudie de netwerkkwaliteit van Schiphol en zet die af tegen concurrerende luchthavens in Europa en het Midden-Oosten. Tot de benchmarkluchthavens behoren Brussel, Parijs, Düsseldorf, Dubai, Frankfurt, Istanbul, Londen, München en Zürich. De studie geeft inzicht in de mate waarin Schiphol en deze concurrenten zijn verbonden met de rest van de wereld, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen directe en indirecte verbindingen. Nieuw in deze editie van de monitor is een analyse van het aanbod van internationale treinverbindingen vanuit Amsterdam als aanvulling op de connectiviteit en netwerkkwaliteit van Schiphol naar Europese bestemmingen.

De monitor rapporteert ook de verbondenheid van de luchthavens met de belangrijkste intercontinentale economische (netwerkbreedte en netwerkdiepte) bestemmingen. Verder geeft het een beeld van de kwaliteit van de hubfunctie van Schiphol en concurrenten, gemeten in hubconnectiviteit: in hoeverre sluiten inkomende en uitgaande vluchten op elkaar aan? Tot slot is er met het oog op de staatsgaranties speciale aandacht voor de ontwikkelingen van het Air France KLM-netwerk op Schiphol en op Parijs Charles de Gaulle: Hoe verhoudt de ontwikkeling op Schiphol zich tot die op Parijs Charles de Gaulle?

Methode
Het SEO NetScan connectiviteitsmodel is ingezet om het netwerk van Nederlandse luchthavens te vergelijken met de netwerken van de concurrentie. Dit model beschouwt drie vormen van connectiviteit: directe-, indirecte- en hubconnectiviteit. Als input gebruikt het model gegevens van de Official Airline Guide (OAG) – het ‘spoorboekje’ van het wereldwijde luchtvaartnetwerk. Om de betrouwbaarheid van deze gegevens te checken zijn deze gegevens vergeleken met gegevens van onder andere de Royal Schiphol Group. De monitor focust de op de derde week van september 2023. Voor het spoornetwerk kijken we naar de frequentie van directe en indirecte internationale treinverbindingen met maximaal één overstap vertrekkend vanuit Amsterdam. Het startpunt voor de verbinding is daarbij een internationale treinverbinding, zoals de IC Berlijn, maar de overstap kan zowel een internationale als een nationale treinverbinding betreffen. Voor het aanbod van (internationale) treinverbindingen in Europa vormen de data van de European Rail Timetable, uitgegeven door Thomas Cook, de informatiebron. Dit Europese spoorboek bevat (historische) informatie over de wekelijkse frequentie voor de herfstdienstregeling in 2024.