Wat zouden de AFM en financieel adviseurs (en andere belanghouders) kunnen doen om het toezicht te verbeteren, en om daarmee een gezondere sector te realiseren, met betaalbare toezichtkosten en zonder de frustratie die nu vaak lijkt te spelen? Om deze vragen te beantwoorden, is een enquête onder 8.000 financieel adviseurs gehouden. Naar aanleiding van de uitkomsten van de enquête is een interviewronde langs ondernemers en bedrijfsadviseurs in de sector gehouden.

Financieel adviseurs staan positief tegenover het bestaan van het toezicht op hun handelen. Over de invulling daarvan door de AFM daarentegen oordelen zij kritisch. Dit wordt mede veroorzaakt door de kennis- en cultuurkloof tussen de AFM en deze grote groep van veelal kleinere MKB-ondernemers. Het komt de effectiviteit en efficiëntie van het toezicht ten goede als de AFM deze kloof weet te overbruggen. Maar dat vraagt ook het nodige van financieel adviseurs. Zij moeten zich instellen op de realiteit van het toezicht. Het moet van twee kanten komen.

Het onderzoek is gehouden onder de voormalige deelnemers aan de Stichting Financiële Dienstverlening, wat overeenkomt met ruim 80% van de beroepsgroep. De bijna 1600 reacties zijn gekoppeld aan kantoorgegevens uit het meest recente self assessment van de Stichting Financiële Dienstverlening. Gesprekken met een aantal direct betrokken ondernemers en andere deskundigen uit de sector alsmede met de AFM over de uitkomsten zijn verwerkt in de bevindingen.