Gemeenten geven in 2008 ruim 2 miljard euro uit aan re-integratie: 1,6 miljard euro aan trajecten (programma-uitgaven) en 0,5 miljard euro aan uitvoeringskosten (zoals inkoop van de trajecten). De grootste kostenpost zijn de gesubsidieerde banen: 0,5 miljard euro aan programma-uitgaven per jaar en bijna € 25.000 per baan per jaar.

UWV geeft –voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten buiten beschouwing gelaten- ruim 400 miljoen euro uit aan re-integratie ondersteuning. Dit bestaat uit 377 miljoen voor trajecten (inclusief de re-integratiecoach) en 45 miljoen euro aan uitvoeringskosten. De trajecten voor werklozen kosten 198 miljoen aan programma-uitgaven en 5 miljoen euro aan uitvoeringskosten. De kosten per traject bij arbeidsongeschikten variëren sterk. Trajecten voor WAO’ers kosten het meest (ongeveer 6 tot 8 duizend euro aan programma-uitgaven), die voor WAZ’ers kosten het minst (€ 1.300 tot € 2.000 aan programma-uitgaven).

In 2008 zijn in totaal door UWV en gemeenten samen ruim 200.000 trajecten gestart: ruim 91.000 door gemeenten en 114.000 door UWV, inclusief trajecten die bestonden uit drie of meer gesprekken met een re-integratiecoach.

Een half jaar na de start van een traject is 35% van de WW’ers en 25% van de WWB’ers aan het werk. Een deel daarvan is uitgestroomd uit de uitkering. Na een jaar is 41% van de WW’ers aan het werk en 29% van de WWB’ers. Bovendien is dan 24 % van de WW’ers en 27% van de WWB’ers uitgestroomd uit de uitkering. Bij 2% van de WWB’ers loopt de re-integratie ondersteuning nog na een jaar. Bij de WW’ers komt dit niet voor. Van de arbeidsongeschikten (behalve degenen met een IVA-uitkering) heeft ongeveer 30% een half jaar na de start van een traject een baan of is uitgestroomd uit de uitkering zonder baan. Na een jaar is dit opgelopen tot zo’n 37%. Ook van de Wajongers is na een half jaar 32% aan het werk en na een jaar 36%, maar zij stromen niet uit de uitkering. Degenen met een WGA-uitkering stromen vaker dan anderen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering uit de uitkering zonder werk te hebben. Ook voor de arbeidsongeschikten geldt dat een jaar na de start van de ondersteuning bij zo’n 1 tot 3% van de mensen de ondersteuning nog loopt.