De Europese suikerprijs voor industriële grootverbruikers is sinds 2011 met circa 50 procent gestegen. Dit onderzoek zoekt verklaringen voor deze prijsstijging in de regulering, de prijsopbouw en de marktstructuur.

Het Europese quotasysteem zorgt er voor dat de quotaproductie van suiker lager is dan de vraag. Dit tekort kan aangevuld worden met import, het interen op voorraden of interventie door de Europese Commissie. Een aanzienlijk deel van de verwachte import komt in de praktijk niet tot stand. De voorraden die suikerproducenten aanhouden, zijn relatief laag. Deze bron biedt ook geen extra aanbod van suiker op de Europese markt. Het Europese beleid zorgt op dit moment voor schaarste in de markt wat de prijzen opdrijft.

De winstopslag van de Nederlandse suikerproducent is de afgelopen jaren gestegen. De stijgende suikerprijs is niet het gevolg van hogere productiekosten. Deze stijging wordt daarentegen verklaard door de concurrentieverhoudingen in de markt. Op de Europese markt is een consolidatietenders gaande. Ook Nederland heeft hier aan meegedaan. Er is sinds 2007 nog maar één suikerproducent actief in Nederland, Royal Cosun. De Europese markt is bovendien sterk nationaal georganiseerd en nationaal geconcentreerd. Er lijkt weinig grensoverschrijdende handel te zijn, waardoor de nationale suikerproducenten hoge marktaandelen hebben. Daarnaast zijn er hoge toetredingsdrempels. In theorie kan compenserende inkoopmacht van industriële grootverbruikers de sterke onderhandelingspositie van de suikerproducenten tegenwerken. Maar vanwege hoge overstapdrempels, hoge importdrempels en imperfecte substituten is dit in de praktijk niet het geval.