Versterking van de functiemix in het voortgezet onderwijs is tussen 2008 en 2014 voornamelijk vormgegeven door promoties van havo- en vwo-docenten naar LD-functies en door promoties van vmbo-docenten naar LC-functies. Doorstroom van LD-functies is zeer zeldzaam in het vmbo. Dit rapport onderzoekt de oorzaken.

De hoofdoorzaak voor de achterstand van LD-functies in het vmbo is dat de functiebeschrijvingen en –vereisten voor LD-functies niet aansluiten bij de eigenschappen van vmbo-docenten. Een grote horde is de veel voorkomende eis van een eerstegraads bevoegdheid. Er zijn weinig vmbo-docenten die daar nu al aan voldoen of die de kwaliteiten, ambitie of motivatie hebben om daaraan te kunnen voldoen. Er is onder vmbo-docenten over het algemeen wel voldoende animo voor promotie naar een hogere functieschaal. Dat moet echter in verhouding worden gezien met het geringe aantal LD-functies dat voor vmbo-docenten beschikbaar komt. Daarbij speelt het entreerecht een rol. Dat heeft ervoor gezorgd dat docenten in het voortgezet onderwijs met een eerstegraads bevoegdheid die structureel lesgaven in de bovenbouw van havo en vwo, aan het begin van de functiemix recht kregen op een salaris volgens de LD-schaal. Daardoor bleef er nauwelijks ruimte over voor LD-functies in het vmbo.

Om tot een hoger aantal vmbo-docenten in LD-functies te komen, is het nodig de functiebeschrijving meer te richten op bekwaamheid en minder op bevoegdheid. Daarnaast dienen scholen actief te zijn in het selecteren, stimuleren, motiveren en begeleiden van vmbo-docenten voor een eventuele doorstroom naar een LD-functie.