Resultaten
De volgende beleidsopties zijn onderzocht:

  1. Alleen verkoop door tabaks- en gemakszaken (Primera, AKO etc.), waaronder tabaksspeciaalzaken. Supermarkten en tankstations mogen geen tabak meer verkopen.
  2. Alleen verkoop door tabaksspeciaalzaken.
  3. Een vergunningsstelsel met voorwaarden voor de verkoop van tabaksproducten.
  4. Maximaal aantal verkooppunten per x aantal inwoners.
  5. Maximaal aantal verkooppunten per vierkante kilometer.

Het beperken van de verkoop van tabak tot alleen tabaksspeciaalzaken leidt potentieel tot de grootste daling van het aantal verkooppunten (van 16.000 naar ca 500) en van het aantal rokers (van 14,6 procent naar 13,2 procent in 2030). Deze maatregel lijkt op begrip te kunnen rekenen onder Nederlandse tabaksverkopers en op steun van de bevolking. De werkgelegenheid neemt af met 1.100 fulltime banen in 2030. In de jaren daarna neemt het neerwaartse effect op de werkgelegenheid af, en tendeert op lange termijn naar nul. De maatregel leidt mogelijk tot een verschuiving van de verkoop naar internet, illegale verkoop of verkoop uit het buitenland. Ook zal het aantal tabaksspeciaalzaken mogelijk toenemen. Hierdoor zal het effect van de maatregel verminderen.

Het verbieden van de verkoop in supermarkten en tankstations kan op minder draagvlak rekenen. Dit omdat dan in gemakszaken verkoop blijft toegestaan, terwijl daar ook jongeren komen. Dit terwijl in tankstations juist weinig jongeren komen.

Een vergunningssysteem heeft weinig invloed op het aantal verkooppunten, behalve als het wordt ingevoerd in combinatie met een verbod op een type verkooppunt. De vergunning kan duidelijk aangeven aan welke eisen verkooppunten moeten voldoen om tabak te mogen verkopen, en kan zo verschuiving van de verkoop naar andere kanalen voorkomen.

Een beperking van het aantal verkooppunten per x aantal inwoners  of per vierkante kilometer kan niet op draagvlak rekenen. Dit vooral omdat methoden om de verkooppunten toe te wijzen aan aanbieders (loting, veiling of een uitsterfmodel) niet als eerlijk worden gezien of tot ongelijke concurrentie leiden tussen verkooppunten.

Het onderzoek
In het Nationaal Preventieakkoord staan maatregelen om in 2040 een rookvrije generatie te realiseren. Er staan onder andere maatregelen op het programma gericht op het verminderen van het aantal verkooppunten van tabaksproducten. In het Preventieakkoord is afgesproken dat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport eerst onderzoek doet naar verschillende beleidsopties.

Dit onderzoek brengt voor vijf beleidsopties de uitvoerbaarheid, het maatschappelijk draagvlak, de economische effecten en mogelijke neveneffecten in beeld. Om mogelijke effecten van het invoeren van beleidsopties te kunnen monitoren, bevat dit rapport ook een nulmeting van het aantal verkooppunten. Ook bevat het rapport een overzicht van het beleid en de ervaringen hiermee in vijf Europese landen: Hongarije, Italië, Spanje, Finland en Schotland.

Methode
Het onderzoek is uitgevoerd op basis van deskresearch, data-analyse, interviews met Nederlandse stakeholders en buitenlandse experts, bestuderen van de wetenschappelijke literatuur en doorrekening van de effecten met een economisch model. Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met het Onderzoeksinstituut IVO en de Universiteit Maastricht.