Resultaten
In het domein Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie zijn in de eerste ronde van het Nationaal Groeifonds vijf voorstellen ingediend. Een belangrijke voorwaarde voor een positief besluit is dat een voorstel een positief effect heeft op het toekomstig verdienvermogen van Nederland. Deze vijf geanalyseerde voorstellen betreffen investeringen in kunstmatige intelligentie, regeneratieve geneeskunde & infrastructuur voor gezondheidsdata, quantumtechnologie, ontwikkeling waterstofeconomie en circulaire voedselketens. In deze analyse kijken we exclusief naar het effect van het voorstel op het (duurzaam) verdienvermogen, het zogenoemde bbp-effect. Voor elk van de voorstellen geldt dat het gerapporteerde bbp-effect hoogstwaarschijnlijk een overschatting betreft. De meest voorkomende redenen zijn het rapporteren van omzet in plaats van toegevoegde waarde en het volledig toeschrijven van alle in de toekomst te bereiken effecten aan het specifieke investeringsvoorstel. Effecten van andere geplande of reeds bestaande investeringen op deze terreinen worden daardoor onterecht niet meegewogen. SEO heeft bij benadering gecorrigeerd voor het verschil tussen omzet en toegevoegde waarde, bestaande of noodzakelijke investeringsstromen en meer specifieke dubbeltellingen of niet-realistische opgevoerde onderdelen van het bbp-effect. Het resultaat van deze analyse is dat de jaarlijkse bbp-effecten van de voorstellen variëren tussen de 0,02 en 0,45 procent van het bbp in 2040. Een vergelijking met wat op basis van de hoogte van de investering aan cumulatief rendement te verwachten valt – gelet op uit de literatuur bekende R&D-elasticiteiten – laat zien dat de inschatting van het bbp-effect van het voorstel voor quantumtechnologie het meest realistisch is. De kwalitatieve analyse van de verschillende mechanismen en risico’s laat zien dat een positieve bijdrage van de voorstellen aan het verdienvermogen van Nederland door bijvoorbeeld het verhogen van de arbeidsproductiviteit wel in de lijn der verwachtingen ligt.

Het onderzoek
De staf van het Nationaal Groeifonds heeft prof. dr. Erik Brouwer en dr. Christiaan Behrens van SEO gevraagd om te adviseren over vijf ingediende voorstellen in het domein Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie. Dit hebben ze gedaan in de vorm van een notitie waarin de vijf voorstellen worden vergeleken aan de hand van dezelfde criteria. De notitie richt zich met name op de economische impact van de voorstellen die worden uitgedrukt in het effect op het bbp.

Gebruikte methode
De advisering bestond uit gesprekken met de staf, sessies met andere adviseurs en de indieners van de voorstellen, overleg met het Centraal Planbureau en het opstellen van de notitie. Hierbij baseerden Brouwer en Behrens zich op de in de wetenschappelijke literatuur gangbare methode van het inschatten van effecten op het bbp en de informatie die door de indieners is aangeleverd.