Het onderzoek
Nieuwkomers in het Nederlands onderwijs hebben vaak moeite met Nederlands. Het centraal examen Nederlands vormt daardoor een struikelblok voor het behalen van hun diploma. Vanuit een eerdere regeling (Regelluw) hebben drie scholen geëxperimenteerd met een alternatief examen Nederlands voor nieuwkomers, het staatsexamen Nt2 niveau I voor vmbo, niveau II voor havo en het EDUP voor vwo. Het ministerie van OCW is voornemens meer scholen te laten experimenteren met alternatieve examinering voor nieuwkomers in de schooljaren 2022-23 t/m 2024-25 via een nieuwe pilot. SEO Economisch Onderzoek in samenwerking met het Kohnstamm Instituut monitoren en evalueren deze pilot. Dit onderzoek betreft de voorstudie, waarin dieper is ingegaan op het centraal examen Nederlands en de alternatieve examens en de huidige prestaties van nieuwkomers is bekeken. Ook zijn de ervaringen van de drie scholen die hiermee hebben geëxperimenteerd vanuit Regelluw verzameld.

Resultaten
Het staatsexamen Nt2 en het EDUP zijn mogelijk beter geschikt dan het centraal examen voor nieuwkomers, omdat er in de onderwerpkeuze en het taalgebruik meer rekening wordt gehouden met de anderstalige achtergrond van nieuwkomers. De alternatieve examens zijn echter gericht op volwassenen en gebaseerd op andere referentiekaders dan het centraal examen, dus is het de vraag of de alternatieve examens in de huidige vorm passend zijn. De meeste nieuwkomers doen eindexamen op vmbo-niveau (80 procent, verdeeld over de drie niveaus). Het slagingspercentage ligt gemiddeld lager dan bij niet-nieuwkomers. Dat komt (mede) door het Nederlands examen. Nieuwkomers scoren gemiddeld tot 0,7 punt lager op het CE Nederlands dan niet-nieuwkomers, afhankelijk van het onderwijsniveau. Nieuwkomers die op grond van asielmigratie naar Nederland zijn gekomen, behalen minder goede examenresultaten dan andere groepen nieuwkomers. De ervaringen bij de drie scholen die al geëxperimenteerd hebben met de alternatieve examens, zijn positief. De extra lessen ter voorbereiding op het alternatieve examen hebben een meerwaarde, omdat nieuwkomers dan extra oefenen met basiskennis waar normaal weinig aandacht voor is. Er is wel aangegeven dat de alternatieve examens minder goed aansluiten bij de belevingswereld van de leerlingen, omdat de examens zijn ontwikkeld voor volwassenen.

Methoden
Door middel van deskresearch, literatuurstudie en gesprekken met experts is het centraal examen Nederlands uitvoerig vergeleken met de alternatieve examens. Vanuit de literatuur is ook een vergelijking gemaakt met de examinering van nieuwkomers in Duitsland en Zweden. De verschillen in examenprestaties en de oorzaken daarvan zijn aan de hand van de CBS Microdata achterhaald. Daarbij zijn gegevens van examencohorten van schooljaren 2016-17, 2017-18 en 2018-19 gebruikt. Recentere cohorten hadden te maken met de gevolgen van corona en zijn daarom minder bruikbaar. Als laatste zijn er casestudies uitgevoerd bij de drie scholen waarbij gesproken is met verschillende personen die te maken hebben met de alternatieve examinering.