Resultaten
Op de meeste aspecten van de kwaliteit van werken in Nederland lijkt het grootste deel van de kort verblijvende Poolse, Roemeense en Spaanse arbeidsmigranten in Nederland te maken te hebben met goed werkgeverschap. Wel doen kort verblijvende arbeidsmigranten vaker dan Nederlandse werknemers zwaar, ongemakkelijk en gevaarlijk werk, waarbij de regels rond gezond en veilig werken op de werkvloer niet altijd goed in acht worden genomen. Ook verdienen de meeste kort verblijvende arbeidsmigranten een salaris op of rond het minimumloonniveau en heeft een groot deel te maken met een variabel aantal werkuren waarvan men pas op het laatste moment weet wanneer en hoeveel er gewerkt moet worden. Voor ongeveer 16 procent van alle kort verblijvende arbeidsmigranten lijkt geen sprake te zijn van goed werkgeverschap. Factoren die daarbij het vaakst worden genoemd zijn het niet verzekerd (denken te) zijn tegen ziektekosten, het ontbreken van een loonstrook in een begrijpelijke taal, de afhankelijkheid van de werkgever voor de woning, het hebben van variabele werkuren zonder tijdige notificatie, en intimidatie en pesten op het werk.

Het onderzoek
In de media verschijnen regelmatig berichten over slechte arbeids- en leefomstandigheden voor tijdelijk in Nederland verblijvende arbeidsmigranten. Corona heeft gezorgd dat deze omstandigheden nog vaker en duidelijker aan het licht zijn gekomen. Het betreft vooral problemen die arbeidsmigranten ervaren met werkomstandigheden en huisvesting. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) constateert dat er onvoldoende zicht is op de breedte van deze problemen bij tijdelijke arbeidsmigranten in Nederland, onder andere omdat deze groep moeilijk is te bereiken. Doel van dit onderzoek is om een onafhankelijk, kwantitatief en bij benadering representatief beeld te geven van de arbeids- en leefomstandigheden door middel van een breed uitgezette enquête onder kort in Nederland verblijvende arbeidsmigranten.

Methode
Bij goed werkgeverschap gedraagt een werkgever zich als goed werkgever in de zin dat hij of zij zorg draagt voor een goede kwaliteit van het werk. Kwaliteit van het werk kan worden uitgedrukt in arbeidsinhoud, arbeidsomstandigheden, arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden. Bij kort verblijvende arbeidsmigranten kan daarnaast ook worden gekeken naar de woonsituatie en naar het woon-werkverkeer. In de uitgezette enquête zijn meerdere vragen gesteld over elk van deze aspecten.

De enquête richt zich primair op kort verblijvende arbeidsmigranten uit drie landen: Polen, Roemenië en Spanje. Om de potentiële doelgroep zo goed mogelijk te bereiken, is de enquête beschikbaar gemaakt in het Pools, Roemeens, Spaans, Engels en Nederlands. Onder het begrip ‘kort verblijvend’ vallen alle arbeidsmigranten die een verblijfsduur van korter dan twee jaar hebben (eventuele tussenpozen van korter dan een half jaar meegerekend). Arbeidsmigranten die langer dan twee jaar in Nederland werkzaam zijn geweest zijn ter vergelijking meegenomen in de analyses.

Gedurende de periode augustus tot en met december 2021 heeft de enquête online open gestaan en is de doelgroep op drie verschillende manieren benaderd: door een fysieke benadering op verblijfslocaties van arbeidsmigranten, via sociale media en via het netwerk van FNV. Gedurende de looptijd van de enquête is een deel van de respondenten nog eens apart benaderd voor een verdiepend telefonisch interview. De enquêteresultaten zijn representatief gemaakt voor de totale populatie arbeidsmigranten uit Polen, Roemenië en Spanje in Nederland. Dat is gedaan door de respons op de enquête te vergelijken met de werkelijke omvang en samenstelling van de groep Poolse, Roemeense en Spaanse arbeidsmigranten in Nederland zoals kan worden vastgesteld op basis van de CBS Microdata.