Als de ‘noodknop middenhuur’ erin slaagt voor een deel van de vrijesectorwoningen de huren te verlagen, profiteren de huishoudens die in deze woningen verblijven of terechtkomen. Dit kan de doorstroom op de woning- en arbeidsmarkt bevorderen. Hier tegenover staan verschillende risico’s. Het belangrijkste risico is dat door de introductie van een niet of nauwelijks knellend huurprijsplafond de beschikbaarheid van voor middeninkomens betaalbare huurwoningen niet of nauwelijks toeneemt, terwijl een strikt knellend huurprijsplafond reden kan zijn voor (potentiële) verhuurders om woningen niet beschikbaar te maken of te houden voor dit deel van de woningmarkt. Andere risico’s zijn onder andere dat de introductie van een knellend huurprijsplafond nieuwbouw van middenhuurwoningen minder aantrekkelijk kan maken en dat verhuurders terughoudender zouden kunnen zijn met woningverbetering of verduurzaming van de woning als dit niet (volledig) tot uiting komt in een hogere WOZ-waarde. Verder is er geen garantie dat de huishoudens die profiteren van lagere huren huishoudens met een middeninkomen zijn.

De in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitgevoerde economische analyse van de noodknop middenhuur beschrijft de effecten van prijsregulering in de vrije huursector via een plafond in de markt, vergelijkt verschillende vormgevingsvarianten hiervan en gaat in op alternatief beleid gericht op vergroting van de beschikbaarheid van huurwoningen voor huishoudens met een middeninkomen.

Onder de noodknop middenhuur krijgen gemeenten (tijdelijk) de mogelijkheid om de huurprijs bij aanvang van een nieuw huurcontract van woningen in het geliberaliseerde segment te maximeren op een percentage van de WOZ-waarde van de te verhuren woning. Woningen boven een nader te bepalen huurprijs of WOZ-waarde van de woning worden uitgezonderd van dit prijsplafond. Het doel van de noodknop is het tegengaan van excessief hoge huren in de vrije sector, om zodoende huurwoningen in de vrije sector voor middeninkomens te behouden en uit te breiden. Wat “excessief” hoge huren zijn, is nog niet nader gedefinieerd.

De kwalitatieve analyses zijn uitgevoerd op basis van deskresearch, interviews met woningmarktexperts en groepsinterviews met gemeenten en marktpartijen. Het onderzoek bestond uit de volgende stappen: identificatie van het doel en de kernelementen van de noodknop; het analyseren van de voorwaarden waaronder de noodknop de beoogde effecten genereert; het beschrijven van de verwachte effecten en de kansen en risico’s van de noodknop; en het vergelijken van varianten van en alternatieven voor de noodknop middenhuur.

Het onderzoek is door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 4 juli 2019 aan de Tweede Kamer gestuurd.