Hiervoor wordt een econometrisch ‘count model’ gebruikt waarin museumbezoeken worden geschat. Het model corrigeert voor verschillen in kenmerken tussen museumkaarthouders en andere museumbezoekers, daarbij corrigeert het ook voor de endogene relatie tussen museumbezoek en het bezit van een Museumkaart.

Uit het onderzoek blijkt dat museumkaarthouders drie keer zo vaak een museum bezoeken als dat zij zouden doen als zij geen Museumkaart zouden hebben. Dit komt er voor 2012 op neer dat er door de Museumkaart 3,4 miljoen extra museumbezoeken zijn gedaan aan deelnemende musea. Musea ontvangen voor een museumkaartbezoeker een lagere vergoeding dan voor een reguliere bezoeker, maar door de omvang van het extra bezoek door de Museumkaart zijn hun totale inkomsten aanzienlijk hoger dan zij zouden binnenkrijgen als de Museumkaart niet zou bestaan. Daarbij geven de extra bezoekers ook nog geld uit in de museumhoreca en museumwinkel, wat ook leidt tot een positief financieel effect van de Museumkaart voor deelnemende musea.