Financiële participatie van het rijk in woningbouwprojecten heeft per saldo vooral nadelen in vergelijking met de huidige subsidies. Participaties sluiten minder goed aan bij publieke belangen. Participatie brengt naast kansen op winst ook risico’s met zich mee, bijvoorbeeld dat het rijk tijdens de looptijd van het project moet ‘bijstorten’ of dat er geen heldere exit strategie is. Marktpartijen kunnen de overheid zien als een ongelijkwaardige partij: zij speelt niet alleen mee, maar bepaalt ook de regels. Ook is steeds het risico van staatssteun aanwezig. Daar vallen subsidies aan ondernemingen, garanties, borgstellingen, leningen met relatief gunstige voorwaarden en achtergestelde leningen al spoedig onder.