Inkomensverschillen in een bepaald jaar geven een statisch beeld van inkomensongelijkheid tussen Nederlandse huishoudens. Verschillen in de positie in de inkomensverdeling en verschuivingen daarin zijn van belang om daarnaast te laten zien in welke mate inkomensverschillen tussen huishoudens veranderen over tijd.

In opdracht van het ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid heeft SEO in samenwerking met de Universiteit Leiden onderzoek gedaan naar de inkomensmobiliteit van Nederlandse huishoudens in de periode 2001 tot en met 2014. Het onderzoek brengt verschillen in inkomensmobiliteit tussen huishoudens met verschillende achtergrondkenmerken in beeld. Daarbij is naar verschillende achtergrondkenmerken gekeken, zoals het huishoudtype (alleenstaand, paar, alleenstaande ouder, enz.), de belangrijkste inkomstenbron (werk, uitkering, eigen onderneming, pensioen), leeftijd, opleidingsniveau, migratieachtergrond en regionale verschillen.

Het onderzoek maakt gebruik van microdata van het CBS. Longitudinale gegevens over het inkomen van huishoudens zijn gecombineerd met informatie over huishoudsamenstelling, arbeidsmarktstatus, opleidingsniveau en medicijngebruik.

Inkomensmobiliteit is in het onderzoek op twee manieren gekwantificeerd. Als eerste is de procentuele inkomensverandering onderzocht. Dit laat zien in welke mate het inkomen van huishoudens beweegt. Ten tweede is gekeken naar de positie van een huishouden in de inkomensverdeling en veranderingen daarin (relatieve inkomensmobiliteit). De inkomensveranderingen die andere huishoudens gelijktijdig doormaken zijn daarin meegenomen.

Het onderzoek laat zien dat er substantiƫle verschillen zijn in inkomensmobiliteit tussen huishoudens met verschillende achtergrondkenmerken. Allereerst speelt de uitgangspositie in de inkomensverdeling een belangrijke rol: naarmate de uitgangspositie beter is, is er minder ruimte om er (sterk) in inkomen op vooruit te gaan. Ten tweede zijn veranderingen in het huishoudtype en veranderingen in de belangrijkste inkomstenbron van belang. Een groot deel van de kans om een laag inkomen te houden, hangt echter niet samen met achtergrondkenmerken, maar lijkt structureel van aard.