Beschermingsbewind beschermt kwetsbare mensen op het gebied van hun financiën. Iemand die onder bewind staat kan niet zelfstandig zijn of haar geld beheren, maar heeft hiervoor de medewerking van een bewindvoerder nodig. Als er sprake is van problematische schulden, dan brengt de bewindvoerder deze in kaart, treft betalingsregelingen en leidt de onderbewindgestelde door naar de gemeentelijke schuldhulpverlening. Daarnaast moet de bewindvoerder de financiële zelfredzaamheid van de cliënt voor zover mogelijk bevorderen. Gemeenten spelen hierbij een belangrijke rol, omdat zij verantwoordelijk zijn voor de schuldhulpverlening.

Zowel gemeenten als bewindvoerders geven aan dat de bekostiging van hun taken knelt. Het aantal schuldenbewinden is in de afgelopen jaren fors gegroeid en gemeenten zien de groei van het aantal lopende schuldenbewinden terug in oplopende uitgaven aan bewindvoering. Als een onderbewindgestelde dit zelf niet kan betalen, moet de gemeente het traject namelijk vergoeden uit de bijzondere bijstand. De middelen die gemeenten hiervoor krijgen, nemen echter niet toe. Bewindvoerders geven op hun beurt aan dat de beloning voor dossiers met problematische schulden onvoldoende is.

De hoofdvraag in dit onderzoek is of aanpassingen in de bekostiging van bewindvoering via de bijzondere bijstand en de beloning van bewindvoerders bij kunnen dragen aan een betere samenwerking tussen gemeenten en bewindvoerders. De beleidsopties die op basis van dit onderzoek naar boven komen, zijn: directe bekostiging door het Rijk, een groter deel van de beloning in het eerste jaar uitkeren en een verhoging van het tarief voor bewinden met problematische schulden.

De huidige bekostiging van bewindvoering bij problematische schulden via de bijzondere bijstand geeft gemeenten een financieel belang bij een goede samenwerking met bewindvoerders. Directe bekostiging door het Rijk verkleint dit belang. Voor bewindvoerders neemt het financiële belang bij een goede samenwerking met gemeenten toe als ze een groter deel van hun beloning in het eerste jaar van een traject ontvangen. Aanpassingen in de bekostigingssystematiek zijn niet de enige manier om knelpunten rondom deze samenwerking op te lossen.

Het onderzoek bestaat uit een inventarisatie van knelpunten met betrekking tot de bekostiging en beloning van beschermingsbewind bij schulden, op basis van cijfers over bewindvoering, literatuuronderzoek en gesprekken met stakeholders, een enquête onder bewindvoerders over de opbouw van hun kosten, een analyse van jaarrekeningen van bewindvoerderskantoren en verdiepende gesprekken met beleidsmedewerkers, bewindvoerders en rechters in vier gemeenten.

Lees hier de Kamerbrief van minister Schouten over dit onderzoek.