Resultaten
De uiteindelijke vaststelling van de begroting door regering en parlement is het resultaat van een politieke afweging. Naast de belangen van de organisaties die de rechtsstaat dienen, speelt ook het bredere financieel-economische beleid daarbij een rol. Dit heeft in de periode 2010-2020 tot neerwaartse en opwaartse fluctuaties in de begroting geleid.

De in relatief korte tijd veranderende budgetten waren problematisch voor politie, openbaar ministerie en rechtspraak. Eenmalige investeringen dan wel aanvullende taken leidden zonder dekking van de daaraan verbonden structurele kosten tot problemen.

Bekostiging op basis van het aantal strafzaken kent naast voordelen ook belangrijke beperkingen. Als de hoogte van de bekostiging (te) sterk op het aantal zaken is gebaseerd, kunnen dalingen van het aantal dan wel veranderingen in de gemiddelde werklast per zaak leiden tot budgetten die niet goed blijven aansluiten bij de kosten van openbaar ministerie en rechtspraak.

De bekostiging van de drie organisaties is niet expliciet gericht op de strafrechtketen als geheel. Bij investeringen in de individuele organisaties zijn vaak niet de maatschappelijke effecten leidend.

In het onderzoek is geen eenduidig antwoord gevonden op de vraag in hoeverre meer continuïteit in de bekostiging van politie, OM en rechtspraak bijdraagt aan de kwaliteit van de rechtsstaat.

De belangrijkste aanbevelingen van het onderzoek zijn:

  • Laat de wijze van bekostigen aansluiten op de kostenstructuur van de organisaties. Daarbij geldt dat vaste kosten ook een vaste bekostiging zouden moeten kennen.
  • Hanteer een adaptieve mix van vaste financiering met meebewegende bekostiging op basis van inputs (bijvoorbeeld het aantal politiemensen) of outputs (bijvoorbeeld het aantal rechtszaken).
  • Houdt bij alle veranderingen rekening met de aard en eigenschappen van de organisaties. Wees terughoudend met (onverwachte) budgetaanpassingen die op korte termijn moeten worden geïmplementeerd.
  • Zorg dat keteneffecten en beoogde maatschappelijke uitkomsten ook terugkomen in de bekostigingsstructuur. Introduceer een bekostigingscomponent die samenwerken bevordert.

Het onderzoek
De aanleiding was een Eerste Kamer motie van Rosenmöller e.a., waarin wordt gevraagd om onderzoek naar manieren om de continuïteit in de bekostiging te borgen. Het WODC heeft namens het ministerie van Justitie en Veiligheid aan SEO gevraagd om het onderzoek uit te voeren. Daarbij heeft SEO samengewerkt met AEF. Het onderzoek richt zich niet op de kwaliteit van de rechtsstaat in het algemeen, maar op de wijze van bekostiging van politie, openbaar ministerie en rechtspraak in de periode 2010 – 2020 met specifieke aandacht voor de fluctuaties en effecten daarvan.

Gebruikte methode
Het onderzoek is gebaseerd op nationale en internationale literatuur; interviews met betrokkenen uit de betrokken organisaties en andere deskundigen; aangevuld met ketenbrede workshops. Daarbij zijn ook ervaringen in andere landen en bij andere organisaties meegenomen. Twee onafhankelijke experts droegen aan het onderzoek bij. Het onderzoek werd begeleid door een commissie van deskundigen.