Achtergrond
Voor toegang tot het luchtruim bij afgelegen gebieden kan onder bepaalde voorwaarden staatssteun worden ontvangen, in de vorm van publieke subsidies, wanneer een lage passagiersvraag de private markt verhindert om rendabele luchtverbindingen aan te bieden. In dergelijke gevallen kan een luchtvaartmaatschappij, ter dekking van de kosten, subsidies ontvangen via een openbare dienstverplichting (Public Service Obligation, PSO) overeenkomstig de EU-regelgeving.

Resultaten
Deze studie onderzoekt drie Finse routes die onder een PSO vallen. Voor luchthavens met een beperkt verkeersvolume staat de Europese Unie staatssteun toe tot 75% van de investeringen en 80% van de exploitatiekosten. In Finland daarentegen subsidieert de luchthavenexploitant de infrastructuur van deze drie luchthavens door middel van inkomsten uit winstgevende luchthavens, conform het netwerkprincipe. 

Bij de analyse van de luchtverbindingen tussen Helsinki en drie afgelegen regio’s in Finland blijkt dat lage passagiersaantallen, hoge kosten, een gebrek aan schaalvoordelen en onvoldoende winstpotentieel het aanbieden van commerciële luchtvaartdiensten verhinderen. Subsidies, zoals PSO-regelingen voor luchtvaartmaatschappijen en verplichte kruissubsidies door de luchthavenexploitant, zijn noodzakelijk om de dienstverlening te continueren. Deze studie schat dat de totale subsidies ongeveer €200 per passagier bedragen. Hierdoor wordt circa driekwart van de ticketprijs gesubsidieerd, terwijl meer dan de helft van de vliegtuigstoelen onbezet blijft. 

De economische impact van deze luchtverbindingen op de betrokken afgelegen regio’s is vergelijkbaar in omvang met de verstrekte subsidies, met een geraamde directe, indirecte en geïnduceerde impact van in totaal €19 miljoen. Aanverwante economische activiteiten – waaronder toerisme, handel, innovatie en productiviteitsgroei – zijn van vergelijkbare omvang, maar geografisch minder direct gebonden aan deze specifieke locaties.