Waterbedeffecten kunnen ertoe leiden dat beleid averechts werkt, bijvoorbeeld wanneer flexibilisering van de arbeidsmarkt juist toeneemt in plaats van afneemt. De Commissie Regulering van Werk waarschuwde voor dergelijke waterbedeffecten. Maar hoe relevant zijn waterbedeffecten in de Nederlandse context? In hoeverre heeft beleid in het verleden geleid tot waterbedeffecten? Wat zijn de richting en omvang van die waterbedeffecten en wat zijn de achterliggende gedragsmechanismen?

Methode
In dit onderzoek bieden we nader inzicht in het optreden van het waterbedeffect in Nederland. Daarvoor hanteren we twee methoden: een overkoepelende analyse én een causale casestudie van de verkorting van de ketenbepaling. De overkoepelende analyse biedt inzicht in de relatie tussen  beleid en arbeidsmarktverschuivingen in Nederland. De casestudie geeft een causale schatting van het waterbedeffect van een specifieke beleidswijziging, namelijk de verkorting van de ketenbepaling in de Wet werk en zekerheid (Wwz). Met difference-in-differences-analyses zijn beoogde en niet-beoogde effecten als waterbedeffecten van deze beleidswijziging in kaart gebracht. Voor beide methoden is gebruikgemaakt van Microdatabestanden bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Resultaten
Relevantie waterbedeffect
De overkoepelende analyse suggereert dat het waterbedeffect in Nederland van belang is, maar dat andere verklaringen voor flexibilisering van de arbeidsmarkt minstens zo belangrijk zijn. Zo lijkt de groei van zelfstandigen in Nederland vooral het gevolg van beleid gericht op (stimulering van) zelfstandig ondernemerschap. Bovendien is ongeveer de helft van de groei in het aandeel zelfstandigen sinds 1996 gerelateerd aan factoren buiten beleid, zoals vergrijzing en een hoger opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking. Ook de groei in het aandeel werkenden met flexibele arbeidscontracten is maar in beperkte mate toe te schrijven aan het waterbedeffect. Eerder lijken ontwikkelingen zoals vergrijzing, intersectorale verschuivingen en macro-trends als technologisering een belangrijke rol te spelen in deze groei.

Omvang waterbedeffect
Uit difference-in-differences-analyses van de verkorting van de ketenbepaling blijkt dat de omvang van het waterbedeffect in de vorm van doorstroom naar andere flexibele arbeidsvormen en inactiviteit/werkloosheid een kwart (23 procent) is van het gerealiseerde beoogde effect (doorstroom naar een vast contract). De doorstroom naar een vast contract neemt binnen twee jaar na start van het tijdelijke contract toe met 15 procentpunten, terwijl de doorstroom naar inactiviteit/werkloosheid met 2,1 procentpunten toeneemt en de uitstroom naar andere flexibele arbeidsvormen met 1,5 procentpunt. Verder blijkt dat de verkorte ketenbepaling er vooral voor te zorgen dat werknemers eerder, niet vaker, uitstromen naar een vast contract, een ander flexibel contract of een uitkering. Het waterbedeffect in dit geval was dus vooral een versnelling van een gebeurtenis die anders ook had plaatsgevonden.

Lees hier de Kamerbrief van minister Van Gennip over dit onderzoek.