Het actieplan LeerKracht van Nederland bevat voorstellen voor een betere beloning, een sterkere positie van de leraar en een professioneler personeelsbeleid binnen de school. Eén van de beloningsafspraken uit het actieplan betreft de versterking van de functiemix. Schoolbesturen ontvangen extra geld om meer leraren in een hogere loonschaal te kunnen belonen. Begin oktober 2011 was een belangrijk meetmoment voor de versterking van de functiemix. Op die datum diende een aantal onderwijssectoren aan de tussendoelstelling te voldoen. Er moeten voldoende docenten zijn doorgestroomd naar hogere salarisschalen. Los van het werkelijke aantal promoties kan de vraag worden gesteld in hoeverre de verschillende sectoren vorderingen maken in het proces er naar toe. Zijn er nieuwe promotiecriteria opgesteld? Zorgen die voor een eerlijker promotieproces dan voorheen? En hoe staat het met de communicatie richting docenten?

Het primair onderwijs het en het voortgezet onderwijs zijn het verst gevorderd met het promoveren van leraren naar hogere salarisschalen. In het proces er naar toe heeft de beroeps- en volwasseneneducatie (de BVE-sector) het afgelopen jaar grote stappen gezet. Het HBO blijft enigszins achter. Net als afgelopen jaar hebben nieuw opgestelde promotiecriteria met name betrekking op goed functioneren, specifieke taken en een onderwijsrelevant diploma. Ze zijn volgens docenten eerlijker dan de voorheen gehanteerde criteria. Docenten blijven na promotie doorgaans docenten. Ze staan nog steeds een belangrijk deel van de tijd voor de klas.