Het onderzoek
Dit onderzoek in opdracht van Doorzaam geeft een breed en up-to-date beeld van de duurzame inzetbaarheid van uitzendkrachten. Duurzame inzetbaarheid is voor alle werkenden belangrijk, maar dit kan met name bij uitzendkrachten minder goed worden ontwikkeld. Zij doen namelijk vaak tijdelijk werk, via een uitzendorganisatie en bij verschillende opdrachtgevers. Duurzame inzetbaarheid is af te bakenen aan de hand van vier pijlers: loopbaan, gezondheid, cultuur en werksituatie.

Resultaten
De resultaten van de pijler Loopbaan laten zien dat uitzendkrachten vaker de behoefte hebben aan opleidingen of cursussen voor hun werk. Dit kan komen doordat uitzendkrachten minder vaak een cursus of opleiding volgen en minder worden gestimuleerd door hun leidinggevende om kennis en vaardigheden te ontwikkelen. Hoewel de helft van de uitzendkrachten aangeeft gesprekken over hun loopbaan te hebben gehad met hun uitzendorganisatie/opdrachtgever, blijkt onzekerheid over de vergoeding voor opleidingen een drempel te zijn. Uitzendkrachten zijn relatief vaak onder- of overgekwalificeerd en verdienen gemiddeld minder dan werknemers in loondienst. Niet-Nederlandse uitzendkrachten ervaren minder baanzekerheid en stromen minder vaak door naar reguliere dienstverbanden.

De pijler Gezondheid laat zien dat uitzendkrachten relatief vaak zwaar/gevaarlijk werk doen en dit geldt met name voor niet-Nederlandse uitzendkrachten. Daarnaast vertonen niet-Nederlandse uitzendkrachten relatief vaker burn-outklachten, zoals het emotioneel of fysiek uitgeput zijn van werk. Over het algemeen geldt dat uitzendkrachten vaker burn-outklachten vertonen dan andere werknemers. Ongeveer een kwart van de uitzendkrachten vindt hun loon onvoldoende om van rond te komen en dit geldt in sterkere mate voor niet-Nederlandse uitzendkrachten. Daarnaast zijn uitzendkrachten relatief minder tevreden over hun pensioenregeling.

Wat Cultuur & Werksituatie betreft komt naar voren dat uitzendkrachten zich relatief minder verbonden voelen met hun werkgever. De betrokkenheid van uitzendorganisaties varieert, met positieve ervaringen bij betrokken organisaties en minder positieve ervaringen bij minder betrokken organisaties. Contractvorm en werkzekerheid blijken belangrijk, waarbij uitzendkrachten vaker ontevreden zijn over hun contractvorm. Desondanks ervaren ze over de tijd een verbetering in werkzekerheid. Uitzendkrachten geloven in hun vermogen om werk en privéleven goed te combineren en zich voor te bereiden op toekomstig werk.

Methode
De basis van dit onderzoek is een enquête onder uitzendkrachten, analyses van Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden van het CBS en interviews met uitzendorganisaties en uitzendkrachten. Omdat de groep uitzendkrachten in Nederland voor een belangrijk deel uit niet-Nederlanders bestaat, is de enquête ook in het Pools en Engels (voor anderstaligen) uitgezet. Door de verschillende routes van benadering kent de vragenlijst een breed bereik. Door toepassing van een weging op basis van achtergrondkenmerken is de enquêterespons representatief gemaakt voor de gehele populatie uitzendkrachten, per herkomstgroep. De koppeling van gegevens uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden van het CBS met de Uitzendmonitor en de kwalitatieve interviews geven extra verdieping.

Zie ook de website van Doorzaam voor het nieuwsbericht over dit onderzoek en de infographic met de belangrijkste resultaten.