Het onderzoek
In Nederland dekt het Diergezondheidsfonds (DGF) de kosten van bewaking, crisisparaatheid, en bestrijding van aangewezen dierzieken. De kosten voor bewaking en crisisparaatheid zijn jaarlijks terugkerend, terwijl de kosten voor bestrijding incidenteel zijn (bijv. bij een uitbraak van een van de aangewezen dierziekten). De landbouwsector dekt de kosten voor de gevolgen van aangewezen dierziekten tot een plafondbedrag, waarna de overheid de dekking overneemt. De overheid en de sector maken in een convenant afspraken over de hoogte van het plafondbedrag (per sector).

In aanloop naar de nieuwe convenantsperiode per 2025 heeft het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) ons gevraagd om een verkenning uit te voeren naar de draagkracht van de landbouwsector in relatie tot het plafondbedrag onder het DGF. Daarvoor verkennen we de gevolgen van het oplopen van de bestrijdingsuitgaven tot een zeker plafond. De hoogte van het onderzochte plafonds zijn gebaseerd op het onderzoek van Wageningen Economic Research (WEcR)[1]. Dit onderzoek is parallel aan ons onderzoek uitgevoerd en daarom dienen het rapport van WEcR en ons rapport in samenhang bezien te worden.

Resultaten
De hoogte van de heffing is in de regel niet bepalend voor het bedrijfsresultaat van een sector bij een uitbraak. Bij een (grote) uitbraak ondervinden veehouders financiële schade door volume- en prijseffecten in zowel de baten- als lastenkant van de resultatenrekening, maar de hoogte van de Diergezondheidsheffing is hier maar een relatief klein onderdeel van. Kort gesteld is het dus niet de hoogte van het plafondbedrag dat bepaalt hoe (financieel) weerbaar een sector is voor een uitbraak, maar de uitbraak zelf.

Methode
Dit onderzoek maakt gebruik van een simulatie op basis van CBS Microdata. De simulatie neemt als vertrekpunt een selectie aan plafondbedragen en uitbraakscenario’s. In het algemeen zijn de scenario’s gebaseerd op staartrisico’s, en weerspiegelen ze extreme, maar ook zeldzame situaties waarin sectoren terecht kunnen komen. Met dit vertrekpunt simuleren we de financiële gevolgen voor veehouders. Deze simulatie heeft de interpretatie van een stresstest. Dat betekent dat we niet noodzakelijkerwijs de gevolgen van ‘realistische’ scenario’s voorspellen, maar vooral scenario’s doorrekenen die de hoeken van het speelveld laat zien met betrekking van de draagkracht van de sector voor de Diergezondheidsheffing.

[1] WEcR (2023) Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2024 | Tweede Kamer der Staten-Generaal.